Goed licht is een belangrijke factor in de eerste plaats voor het behoud onzer oogen, en verder voor onze geheele gezondheid. Het natuurlijke zonlicht werkt doodend op schadelijke kleine wezens; de schimmels en splijtzwammen ontwikkelen zich bij voorkeur in het donker.
De kunstmatige V., die tijdelijk de natuurlijke vervangt, moet voldoen aan de volgende eischen.
1. Zij moet voldoende zijn om zonder inspanning erbij te kunnen lezen en schrijven;
2. Zij moet zooveel mogelijk op het daglicht gelijken ;
3. Zij mag niet kostbaar zijn;
4. Zij mag geen schadelijke bijwerkingen hebben (ontwikkeling van te veel uitstralende warmte of verbrandingsproducten, onttrekking aan de lucht van te veel zuurstof enz.).
Voor verlichting kunnen dienen vaste stoffen (was, paraffine, stearine), vloeistoffen (olie, spiritus, petroleum), gassen (lichtgas, waterstofgas, acetyleen) en electriciteit. De vaste stoffen worden als lichtbron tegenwoordig zoo goed als niet meer gebruikt. Bi) de vloeibare verlichtingsmiddelen moet men er vooral op letten, dat de toevoer van zuurstof voldoende zij, zoodat de verbranding volkomen is en geen producten van onvolledige verbranding, b.v. roet in het vertrek worden gebracht. Een groote stap voorwaarts was het, toen men leerde gebruikte maken van het gloeien van een bepaald voorwerp, waaraan de verschillende vormen van gloeilicht hun ontstaan te danken hebben; het hierdoor geleverde licht komt het daglicht meer nabij en spaart de oogen.
Groote voordeelen biedt het electrisch licht, wegens zijn groote sterkte, het mindere gevaar voor brand en vooral het niet verontreinigen der lucht door verbrandingsproducten.
