Gepubliceerd op 14-06-2022

Verlamming

betekenis & definitie

Paralyse, noemt men een belangrijke afname of geheel verdwijnen van het vermogen van een of meer willekeurige of onwillekeurige spieren om zich samen te trekken. In het eerste geval spreekt men van een gedeeltelijke verlamming (parese), in het tweede van een volkomen verlamming (paralyse). In geval van paralyse zijn alle vezelen van een of meer spieren verlamd; bestaat een parese, dan zijn van een zelfde spier niet alle vezelen verlamd.

De V. wordt veroorzaakt door een aandoening der motorische (bewegings-) banen, die van uit de schors der hersenen door het ruggemerg (voorste hoornen) en de bewegingszenuwen tot in de spieren verloopen; de oorzaak kan op ieder punt dezer baan zetelen, in verband waarmede men spreekt van myopathische of spierverlamming (oorzaak ligt in de spier zelf), neurogene of zenuwverlamming (oorzaak in de periphere zenuw), spinale of ruggemergsverlamming (oorzaak in het ruggemerg) en cerebrale of hersenverlamming (oorzaak in de hersenen). De beide eerste vat men ook wel samen onder den naam van periphere, de beide laatste onder dien van centrale Verlamming.Naar gelang van de uitbreiding der V. onderscheidt men monoplegie (V. van een enkel lichaamslid), hemiplegie (halfzijdige V., d.i. van één lichaamshelft) en paraplegie (V. van gelijknamige lichaamsdeelen aan beide zijden, b.v. van beide beenen of beide armen). De hemiplegie is als regel een hersenverlamming, de paraplegie een ruggemergsverlamming, hetgeen duidelijk wordt, wanneer men bedenkt, dat de bewegingscentra voor rechts en links in de hersenen vrij ver uiteen liggen, terwijl de motorische banen voor beide lichaamshelften in het ruggemerg naast elkaar verloopen. Bij monoplegiën ligt de oorzaak of in de hersenschors, of in spieren of zenuwen (peripheer).

Wordt de verlamming verklaard door een anatomische afwijking, dan noemt men ze organisch; vindt men daarentegen geen dergelijke verklaring, dan spreekt men van functioneele V. (in den regel bij hysterie).

De oorzaken van een V. kunnen zeer verschillende zijn: ontsteking, ontaarding, gezwellen, bloedingen, beleedigingen enz. in het verloop der bovengenoemde pyramidebaan; vergiftigingen (vooral lood, ook koper, arsenicum, sommige alcaloïden), ook door bacteriëele vergiften (toxinen, vooral bij diphtherie), verder kouvatten (rheumatische V.), hysterie (hysterische V., schrikverlamming) enz.

Bij sommige verlammingen zijn de verlamde deelen passief (d.w.z. door een ander) in alle gewrichten goed en gernakkefijk te bewegen, in andere daarentegen zijn deze bewegingen niet of slechts met zeer groote krachtsinspanning mogelijk (door spierstijfheid of contracturen). In het eerste geval spreekt men van een slappe, in het tweede van een spastische verlamming. Verder onderscheiden sommige verlammingen zich door een snel optredende sterke atropine der verlamde spieren, terwijl deze zich in andere gevallen beperkt tot een geringe afname in omvang der spieren, tengevolge van het niet functionneeren (inactiviteitsatrophie). Dit verschil wordt opgewekt door het al of niet afgesneden zijn der spieren van haar voedingscentrum en hangt dus af van de plaats, waar de oorzaak der V. zetelt. Het optreden eener dergelijke belangrijke atrophie wijst dus op een periphere verlamming, en gaat in den regel gepaard met ontaardingsreactie (zie aldaar). Ook de toestand der reflexen (zie aldaar) en van het gevoel kan belangrijke inlichtingen omtrent de zitplaats der oorzaak eener V. verschaffen.

< >