Het gevoel van vermoeidheid ontstaat, doordat zich de ontledingsproducten (o.a. melkzuur), die bij arbeid van een spier ontstaan, daarin ophoopen; bovendien verdwijnt bij onafgebroken werkzaamheid het glycogeen dat aan de spier de noodige energie leverde. Deze vermoeidheidsstoffen worden meer of minder snel door den bloedstroom weggevoerd.
Het herstellen van den vroegeren toestand vereischt dus een zekeren tijd van rust.De giftigheid dezer stoffen heeft men aangetoond door het weefselvocht van een opgejaagd wild in te spuiten bij een gezond dier van dezelfde soort; dit werd dan lusteloos, kreeg koorts en stierf zelfs in sommige gevallen.