treedt gewoonlijk bij etteringsprocessen in de buurt der hersenen (vooral in middenoor en rotsbeen), bij verwonding van den schedel (al dan niet tot in de hersenen doordringend), bij algemeene ettervergiftiging van het bloed (pyaemie), bij etterige longaandoeningen (b.v. longgangreen, etterige pleuritis) enz. op. Ten slotte komen er gevallen voor, waarin men, geen oorzaak kunnende vinden, spreekt van idiopathisch H. Hersenabscessen kunnen jarenlang bestaan, zonder zich door eenig verschijnsel te verraden.
Voornamelijk is dit het geval bij die, welke zich zeer langzaam ontwikkelen in aansluiting aan een geringe hoofdverwonding of een middenoorontsteking. In andere gevallen daarentegen met een acuut (snel) verloop, zijn de verschijnselen zeer heftig, de zieke verliest het bewustzijn en gaat ijlen; koorts en heftige hoofdpijnen treden op en reeds na 1 à 2 weken kan in comateusen toestand de dood volgen.Meestal echter ligt het ziektebeeld tusschen deze twee uitersten in, en kunnen we twee groepen van symptomen onderscheiden, n.l. de algemeene en de haardverschijnselen. Onder de algemeene verschijnselen neemt de eerste plaats in een doffe, diepzittende, voortdurende hoofdpijn; in vele gevallen gaat deze vergezeld van duizeligheid en soms ook braken; de lichaamstemperatuur is in den regel wat verhoogd, soms kan de koorts zelfs een aanzienlijke hoogte bereiken. Stuwingspapil (zie aldaar) komt bij H. minder dikwijls voor dan bij hersengezwellen. In de meeste gevallen is ook het algemeen welzijn gestoord, en vindt men gebrek aan eetlust en vermagering. De haardverschijnselen zijn geheel afhankelijk van de plaats, waar het absces zich ontwikkelt; de in de omgeving van het absces gelegen zenuwcentra kunnen geprikkeld en bij uitbreiding van het proces verlamd worden. Zoo kunnen optreden trekkingen in verschillende spieren, gevolgd door verlamming daarvan.
Het verloop van een H. is dikwijls zeer langzaam, en kan jarenlang duren, het einde echter is bijna altijd de dood. De eenige mogelijkheid op genezing bestaat in een operatie, waarbij de schedel geopend (getrepaneerd) en het absces opgezocht en ontledigd moet worden.