Zeeborrel is in 1786 gevonden in het Saturdags kroegpraetje. Dit was een wekelijks verschijnend tijdschrift, dat actuele zaken hekelde aan de hand van een conversatie in de kroeg tussen Piet en Kees. Het eerste stukje begint vaak met: 'Geef me nog een borrel' (of een ander drankje), waarop het gesprek begint. Op 12 augustus 1786 staat er:
Een dubbelt glaasje Koosje, een zeeborrel, man, het ken er nou zoo veul as op staan. Met andere woorden, een zeehorrel is een dubbele borrel, eentje met een kop erop. Het gaat hier dus om een nakomer van boordevolle en een vroege voorvader van het over-het-IJ-kijkertje.