iemand die overal in tuint
In 1925 voor het eerst aangetroffen, in een literaire tekst. Ook gevonden als tippeland.
• ‘Wat een laffe ezel... wat een tippelant.’ ¶ Is. Querido, Mooie Karel (1925), p. 118. De schrijver verklaart de betekenis in een voetnoot.
• Wat is ze toch [...] een zware tippeland. ¶ G.P. Smis, Het nieuwe spionnetje (1955), p. 35. De schrijver verklaart de betekenis in een woordenlijst.
• Die mensen gaan altijd leeg, maar steeds zijn er weer nieuwe tippelanten die er heerlijk #inzeilen voor kleine en grote bedragen. ¶ Haring Arie, Een leven aan de Amsterdamse zelfkant (1968), p. 130