Snert is in de verbinding een hap snert omstreeks de eeuwwisseling door Hollandse soldaten in Nederlands-Indië gebruikt voor 'een glas jenever'. De verbinding is ook gehoord onder Nederlandse matrozen. Leo Lezer gebruikte de borrel naam in 1920 in Cantine- vertellingen. Humor en tragiek uit het oude K.N.I.L., als hij vertelt over een groepje drinkebroers en vechtersbazen van het garnizoen Tjimahi die zich omstreeks 1910 verenigden in een clubje:
Men had deze vereniging de toepasselijke naam gegeven van 'snert-club', niet zozeer omdat de leden 'snert-kerels' waren, maar omdat zij doorslaande bewijzen hadden gegeven, liefhebbers te zijn van 'een hap snert', een 'hap scheepsgaren' of een 'dikkop', allemaal namen voor hetzelfde genotmiddel [...]. Maar dat was niet de enige voorwaarde om lid van de club te worden. Men moest tevens flink gespierd zijn en er, letterlijk of figuurlijk gesproken, zijn hand niet voor omdraaien om een halter van ioo kilo te drukken. Van Dale kent de uitdrukking sinds 1950, overigens in de verbinding 'een lap snert'. Snert wordt van oudsher beschouwd als de rats, kuch & bonen van de marine. De borrel naam zinspeelt op de voedingswaarde van jenever.