kwartje
In 1731 voor het eerst opgenomen in een Bargoense woordenlijst, achter in het boek Cartouche, of de Gestrafte Booswicht, als maffie voor ‘ses t’half, of vyf en een halve stuyvers stuk’. Vervolgens vanaf omstreeks 1860, voor ‘vijfstuiverstuk’. Veel bijnamen voor munten en biljetten bleven bewaard, ook als de waarde van de munt of het biljet veranderde.
• ‘Sta nou maar niet voor ’n uur of twaalf op, jij. Dan kan je bij Breiting ’n biertje neme, ik zal ’n maffie voor je op de tafel legge, en kom dan niet zoo laat an et lokaal vanavond.’ ¶ Job Steynen, In en om de nachtkroeg (1905), p. 21
• ‘Nou, dat maakt jou gejaagd, as je zelf nog maar ’n maffie het te vertere...’ ¶ M.J. Brusse, Landlooperij (1906), p. 24
• Toen vroeg ze ons, terwijl ze onbewegelijk maar stond […]: ‘Zoo kan ’t toch wel, hè... voor drie maffies peseeren [poseren] ’t uur?’ ¶ M.J. Brusse, In de nachtbuurt (1907), p. 136
