viool
In 1921 voor het eerst aangetroffen, in een literaire tekst.
• De violist is onthutst over het geluid, dat z’n [even uitgeleende] jankhoutje voortbrengt, vreest kennelijk voor zijn reputatie en kijkt deswege somber en dreigend. ¶ A.M. de Jong, Amsterdam bij nacht (1921), p. 93