stelen
In 1911 voor het eerst aangetroffen, in een literaire tekst.
• Maar toen hij weer haastig en schuw wegsloop door de schoolgang, lichtten het schoolhoofd en de Ambtenaar zijn zondenceel: hoe dit galgebrok, zoo jong als hij was, van jatten en jajen, gappen en grijpen leefde. ¶ Jan Feith, Misdadige kinderen (1911), p. 22