coma 1 zn. 'diepe bewusteloosheid'
categorie: leenwoord, etymologie in brontaal onbekend
Vnnl. coma 'slaapzucht, slaapziekte' [na 1624; WNT Aanv.]; nnl. koma "slaapzucht, ziekelijke, zeer vaste slaap waaruit men den lijder niet kan wekken" [1912; Kramers], coma 'toestand van diepe bewusteloosheid' [1923; WNT Aanv.].
Ontleend aan medisch Latijn coma < Grieks kõma, 'vaste slaap', een woord waarvan de verdere herkomst niet duidelijk is. Etymologische verwantschap met het werkwoord koimãn 'te ruste leggen' is onmogelijk.
De betekenis 'slaapzucht, slaapziekte' is na de 17e eeuw vrijwel verdwenen (WNT Aanv.).
Fries: koma
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk