De zenuwdraden die het centrale zenuwstelsel verbinden met zintuigcellen, spier- of kliercellen van het lichaam, liggen gebundeld in een soort kabels, de z.g. zenuwen. Aanvankelijk zag men zenuwen voor pezen aan. Wij gebruiken nog steeds het woord neuron (lett. pees) voor zenuw.
Zoals gezegd bevatten de zenuwen een per zenuw variërend aantal vezels, neurieten of dendrieten of beide. De derde hersenzenuw, die in hoofdzaak vier van de zes oogspiertjes verzorgt, bevat 15000 vezels.
De vierde, die één enkele oogspier verzorgt, bevat er 1200 en de zesde, die eveneens een enkele oogspier innerveert, 2600. Motorische zenuwen of bewegingszenuwen bevatten alleen neurieten, die naar de spier gaan. Sensibele of gevoelzenuwen, die van de zintuigcellen in de huid (pezen, kapsels enz.) komen, bevatten alleen dendrieten. Gemengde zenuwen (dat zijn de meeste) bevatten beide soorten vezels.De zenuwen die naar de zintuigcellen gaan noemen wij sensorisch (oogzenuw, gehoorzenuw, smaak- en reukzenuwen). Zenuwtakken naar klieren heten secretorisch. In de regel verdelen wij de zenuwen in hersenzenuwen, die met de hersenstam in verbinding staan, en ruggemergzenuwen, die uit het ruggemerg ontspringen.
Deze zenuwen verzorgen gebieden die overeenkomen met de kieuwbogen, zoals wij die bij het embryo vinden Zij zijn sensibel, motorisch, secretorisch en bevatten autonome vezels. De 5de hersenzenuw is de motorische zenuw voor de kauwspieren en de sensibele zenuw voor het gelaat; de 7de is de motorische zenuw voor de mimische spieren van het gelaat, bevat secretorische vezels voor de oorspeekselklier en sensorische vezels voor de smaak; de 9de is de autonome zenuw voor de keel en bevat secretorische vezels voor de ondertong- en onderkaakspeekselklieren en sensorische vezels voor de smaak; de 10de bevat autonome vezels voor de overige halsorganen, de borstorganen (hart en longen) en de buikorganen tot het midden van de dikke darm. Deze autonome vezels zijn parasympathisch; de 11de is de zuiver motorische zenuw voor de borstbeensleutelbeentepelspier en de monnikskapspieren; de 12de is de zuiver motorische zenuw voor de tongspieren.
De ruggemergszenuwen zijn i.h.a. gemengd, de motorische wortel ontspringt aan de voorzijde uit het ruggemerg, de sensibele aan de achterzijde. Beide verenigen zich spoedig en vormen een gemengde zenuw, die door de tussenwervelgaten het wervelkanaal verlaat. In de regel zijn hiervan 31-32 paar aanwezig. De zenuwen voor de arm en die voor het been vormen een ingewikkeld vlechtwerk: het armgevlecht en het lenden-heiligbeengevlecht. Op de plaatsen waar deze gevlechten het ruggemerg verlaten is dit een weinig dikker, door het grote aantal kernen. De sensibele zenuwen, zowel de hersenals ruggemergszenuwen, worden, even voordat zij het centrale zenuwstelsel binnendringen, onderbroken dooreen zenuwknoop (een groep van neuronen). De zenuwen van het autonome zenuwstelsel lopen deels met de genoemde zenuwen mee, deels volgen zij hun eigen weg en liggen daarbij niet zelden in het bindweefsel dat de slagaderen omgeeft.