Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 21-04-2022

voice

betekenis & definitie

I. 1. stem, geluid; 2. spraak; the active (passive) voice, de bedrijvende (lijdende) vorm; find (one’s) voice, zich (durven) uiten; give voice to, uitdrukking geven aan, uiten, vertolken; give a voice to, medezeggenschap geven; have a voice in the matter, stem in het kapittel hebben; have no voice in the matter, er niets in te zeggen hebben; in a loud voice, met luider stem(me), hard (op); in a low voice, zachtjes; be in voice, (goed) bij stem zijn; with one voice, eenstemmig;

II. uiting geven aan, uiten; vertolken, verkondigen; stemmen [orgelpijpen]; stemhebbend maken [in phonetiek];

III. voice itself, zich uiten.

< >