In de eerste helft van de 19e eeuw werden in verschillende Zeeuwse steden tekenscholen opgericht. Het doel was vooral om de jeugd, die een technisch vak leerde of uitoefende, de nodige tekenvaardigheid bij te brengen.
Er werd doorgaans onderwijs gegeven in hand- en rechtlijnig tekenen en bouwkunde, soms ook in meetkunde en cieraad (ornament).Goes. De tekenschool te Goes werd in 1819 opgericht door het Departement Goes van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen. In 1828 werd de school overgenomen door de stad Goes; in 1853 werdzij opgeheven. Van de leraren vallen te vermelden Adriaan → Brandt (van 1819-1827 directeur) en Gerard → Braam (1846-1853), die bekend werden als topografisch tekenaar, en Louis Philippe Lamée de Betrancourt, de stadsarchitect van Goes. De prijstekeningen werden o.a. beoordeeld door de Antwerpse schilder M. J. van Bree en door de bekende zeeschilder J.C.
Schotel. Tot de leerlingen behoorde o.m. Jan van der Pijl (geboren 1822), die ook stadsgezichten van Goes heeft getekend.
Zierikzee. De stadstekenschool te Zierikzee dateert waarschijnlijk uit het begin van de 19e eeuw en werd in 1869 opgeheven toen de gemeentelijke HBS werd opgericht. De eerste tekenmeester (in de bouwkunde) was Klaas de Kruyff uit Boskoop, die tevens → stadsfabriek was. Toen hij in 1817 in dienst trad van de Centrale Directie van Schouwen, werd hij door het bestuur van de school omschreven als ‘een sterken steun en medehelper tot de eerste stichting van de school'. Hij werd opgevolgd door Lieven Koole. De bekendste tekenmeester was de fijnschilder Adriaan → Prince (overleden 1859).
Vlissingen. De stadstekenschool van Vlissingen werd in 1822 ingericht inde v.m. Latijnse school aan het Groenewoud. Hier werd onderwijs gegeven in het handtekenen en de bouwkunde, en sinds 1829 ook in het rechtlijnig tekenen en de meetkunde. In 1869 werd de school omgezet in een avondschool voor middelbaar onderwijs.