Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

STOOFPOLDER

betekenis & definitie

1. Polder in de gemeente → Bruinisse, aan het Zijpe; opgenomen in het → Waterschap Schouwen-Duiveland, opp. ca. 10 ha; hoogte, ca. 0,9 m + N.A.P.; suatie via het gemaal in de → Vier Bannen van Duiveland.

Het poldert je kwam in 1621 tot stand; de oorspronkelijke opp. bedroeg ca. 27 ha. De Stoofpolder behoorde tot de heerlijkheid Bruinisse (Oost-Duiveland). In 1770 werd de polder onder het bestuur van de Bruinissepolder gebracht, waarschijnlijk n.a.v. de grote lasten als gevolg van de in dit jaar aangelegde inlaag, welke in 1803 inliep. In 1900 werd ca. 3 ha van het poldergebied in gebruik genomen voor de tram weghaven; de zeedijk werd in 1931 nogmaals doorgegraven voor de aanleg van de vluchthaven aan het Zijpe (ca. 9 ha groot). Slechts de noordoosthoek (ca. 10 ha) bleef gespaard voor de landbouw; na de februariramp van 1953 werd hiervan nog eens 1 ha bestemd voor een woonkamp. De Stoofpolder, ook getroffen door deze vloed, was eerder overstroomd in 1808. Van 1871 tot 1978 was hij- als deel van het Waterschap Bruinissecalamiteus.

2. Polder in de gemeente → Hontenisse, opgenomen in het → Waterschap Hulster Ambacht; opp. ca. 108 ha; hoogte 1,0 - N.A.P. tot 0,5 m + N.A.P.; afwatering via het gemaal Campen vóór de → Hooglandpolder. Hij was opgenomen in het waterschap Lamswaarde (→ Dullaertpolder) en behoorde ook tot de voormalige gemeente Hontenisse. Alleen in het noord-oosten is er nog een stukje scheidingsdijk (met de → Oude Graauwpolder).





LITERATUUR

Wilderom. Tussen afsluitdammen II en IV. K. J. J. Brand. Oost Zeeuws-Vlaams polderland.

< >