(Middelburg 24 nov. 1785-Sas van Gent 3 april 1844). Op 19 aug. 1805 ingeschreven als student in de rechten te Leiden.
Na zich als advocaat te Middelburg te hebben gevestigd, werd hij er onder het Franse bestuur benoemd tot ‘membre du conseil de préfecture’ en later tot sous-préfect, in welke functie hij in 1813 het ongenoegen van zijn medeburgers te verduren kreeg. 27 april 1814 werd hij benoemd tot waarnemend prefect en in het zelfde jaar tot districtcommissaris van Walcheren. Bijzonder impopulair, zocht hij in 1815 de aanstelling van ontvanger-particulier te Sas van Gent, waar hij voorts werd benoemd tot algemeen Rijkskassier en later tot betaalmeester; tevens was hij er wethouder.LITERATUUR
Vorsterman van Oyen, Stam- en Wapenboek I, 284. Nagtglas, Levensberichten. N.N.B. W. I.
