Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

GRAAUW en LANGENDAM

betekenis & definitie

Voormalige gemeente in Oost Zeeuws-Vlaanderen; sedert 1 april 1970 gevoegd bij de gemeente Hulst. Tot de voormalige gemeente behoorden Graauw (bestuurscentrum) en de buurtschappen → Boerenmagazijn, Duivenhoek, Krabbenhoek, Oude Kaai, De → Paal, De Raap, Schelfhoutshoek (ook Scheldevaartshoek genoemd) en Zandberg.

Kern Graauw, inclusief De Paal en Zandberg, 1102 inwoners (1980).

Wapen:

Het primitief getekende en weinig fraaie wapen werd door de Hoge Raad van Adel op 31 juli 1817 vastgesteld. De dam, een illustratie van de plaatsnaam, had volgens de aanvraag van de gemeente ook grauw van kleur moeten zijn, maar de vastgestelde kleuren zijn die van het Rijkswapen. Op oudere afbeeldingen zien we ook nog een wolk in de lucht, die waarschijnlijk slechts een vlek op de oorspronkelijke tekening was, maar algemeen werd uitgelegd als ‘het grauwe weer’ boven de dam.

Varia:

Kermis in Graauw op de derde zondag in juni tot en met de dinsdag daaropvolgend.

Geschiedenis:

Graauw wordt in 1170 vermeld als Grotha, in 1198 als Groda; ‘groede’, afgeleid van ‘groeien’, duidt mogelijk op een reeds begroeide aanwas (vgl. → Groede).

De uithof Graauw behoorde eertijds aan de abdij Ter Doest en daarna aan de abdij van Ter Duinen. Het oude Graauw is door overstromingen verloren gegaan. Het tegenwoordige Graauw ontwikkelde zich aan de scheidingsdijk tussen de in 1682 herdijkte → Melopolder en de in 1687 herdijkte → Willem Hendrikspolder. Graauw ressorteerde, evenals vele andere bewoningskernen en polders rond Hulst, oorspronkelijk onder de parochie Hulst. In de Franse tijd kwam daarin verandering. In 1803 werd Graauw en Langendam tot een zelfstandige parochie verheven. De eerste pastoor was een capucijn.

Reeds in 1804 werd er een kerk met een houten toren gebouwd. De toren werd in 1822 geheel vervangen. In 1854 is de kerk vernieuwd en vergroot door de architect P. Soffers. In de toren hangt een luidklok, afkomstig uit het verdronken dorp → Namen; het is een Hemonyklok uit 1664. Sedert 1975 is de bediening van de parochie toevertrouwd aan de paters maristen.

LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen IV. Dekker en Kruisheer, Een rekening van de abdij van Ter Doest.

< >