in Brabant, met concentraties van boomkwekerijen in Zundert en in Midden-Brabant. Na Boskoop is Zundert het grootste boomcentrum van Nederland met ca 150 kwekers op ongeveer 900 ha.
In geheel Noord-Brabant is een arsenaal van 2.195 ha, een derde van het Nederlandse totaal. De produktwaarde komt op ca f. 150 miljoen. Op initiatief van de Vereniging van Boomkwekers in Zundert kwam het in 1984 tot een samenwerking met Westland en tot een gezamenlijke afzet en een bomenbeurs, gevestigd te Zundert.Door de hertogen van Brabant werden in de 13de en 14de eeuw aan inwoners van diverse plaatsen privileges gegeven, waardoor zij het recht kregen jonge bomen te planten. De boomteelt was in de 14de eeuw overal nog afgestemd op het materiële nut, om de vruchten, het hout en de beschutting. Nog niet om de sierende eigenschappen van bomen en struiken. Daarmee werd rond 1780 een begin gemaakt toen een nieuwe wijze van grondgebruik werd ingevoerd, maar vooral omstreeks 1810, toen grondeigenaars en landbouwers hun gebieden gingen bebossen met mast-, eike-, berke- en wilgebomen; later ook populieren, maar deze uitsluitend voor de houtproduktie ten behoeve van de klompen- en lucifersindustrie.