(Heusden 1532-1613). Van Cuyck maakte vermoedelijk deel uit van het Verbond der Edelen in 1565, trok als balling naar Engeland, onderhield wel contacten met Willem van Oranje en met de geuzen; maakte in 1572 de overval op Den Briel mee, maakte zich ook herhaaldelijk verdienstelijk voor Oranje door bij Nederlanders in Engeland geld bijeen te krijgen voor de vrijheidsstrijd.
Oranje beloonde hem daarvoor door de heerlijkheid Domburg aan Van Cuyck beschikbaar te stellen. Hij was ook heer van Herpt. De laatste tien jaren verbleef hij in zijn geboorteplaats, waar hij o.m. schepen was en rentmeester van de grafelijke domeinen.Bron; v.d.Aa: biogr.Wb. der Ned. 1858.