Boeman. Angst voor de K. moet verhoeden dat kinderen dichtbij het water spelen, het koren inlopen of te laat thuiskomen.
De namen zijn velerlei: algemeen: 'bern(e)dieven', 'kilekanen' (Menaldum), ‘tientoanen’ (Het Bildt); voor water: ‘boezehappert’, ‘wâlmûs’ (walmuis, Suawoude), ‘walhoun’ (Trynwâlden); voor koren: ‘Antsje mei it tsjil’ (Wouden), ‘Hantsje Plus’ (Wouden), ‘de naakte man’ (Het Bildt). Gebruikt in een primitieve pedagogiek, kan de K. wel een mythologische achtergrond hebben.Zie: Leeuw. Cour. (25.5.1957).
