(Koog 1911-Krommenie 1989). Burgemeester van Zaandijk (1964’70) en Krommenie (1970-’74), directeur van coöperaties (1940-'64), wethouder te Koog (1958-’64); ook amateur-historicus.
Gosse Oosterbaan werd geboren in een politiek actief arbeidersgezin. Na de Mulo-B te Alkmaar doorlopen te hebben wilde hij naar de kweekschool, hetgeen door het intrekken van de rijksstudieregelingen echter onmogelijk was. In 1925 begon hij als jongste bediende bij Verkade. In 1928 werd hij administrateur van de Coöperatieve Verbruikers Vereniging ‘De Eenheid u.a.’. Dit was het begin van een lange loopbaan bij de coöperatie, die slechts onderbroken werd door zijn diensttijd (marine 1930-’31 en kustwacht 1939-’40). In 1940 werd hij directeur van De Eenheid en elf jaar later kreeg hij deze zelfde functie bij de door een fusie ontstane coöperatie Zaanstreek.
Oosterbaan ijverde sterk voor deze en andere fusies. Van 1960 tot 1964 was hij directeur van de eveneens door fusie ontstane coöperatie Zaanstreek-Kennemerland.In 1958 volgde hij zijn na 34 jaar aftredende vader Sjoerd Oosterbaan op als raadslid en wethouder van Koog. Vader en zoon waren beiden lid van de PvdA. In 1960 werd hij loco-burgemeester van Koog; vier jaar later kreeg hij het verzoek te solliciteren naar het vrijkomende burgemeestersambt te Zaandijk. Tijdens zijn ambtsperiode verscheen zijn eerste boek, ‘De tweeling in de ban’ (1968). In 1970 werd hij de laatste burgemeester van Krommenie. In die functie had hij zitting in het Ontwikkelingsschap Zaanstreek. Na de opheffing van Krommenie genoot hij twee jaar wachtgeld.
Gosse Oosterbaan was een zeer actief amateur-historicus. Publikaties van zijn hand zijn onder meer: ‘Dat goede oude Zaandijk’ (Zaandam 1971), ‘Tussen Leven en Dood’ (z.p. 1979), ‘De kerk in het midden’ (Zaanstad 1981) en voorts het artikel “Coöperaties in deze encyclopedie.
Hadden historie en genealogie zijn grootste interesse, Oosterbaan hield zich onder meer ook bezig met muziek, botanie en voetbal. In de jaren ’20 en ’30 speelde hij hobo in Verkade’s Harmonie en van 1925 tot 1957 was hij bestuurlijk actief voor voetbalclub KFC. Voorts vervulde hij bestuursfuncties bij de Algemene Bond van Handels- en Kantoorbedienden ‘Mercurius’, afdeling Zaanstreek; de Nederlandse Coöperatieve Werkgeversvereniging; de Nederlandse Bakkerij Stichting, Bejaardenstichting Rosariumhorst te Krommenie; het Zaans Muziek Mozaïek; de Stichting Opleiding van Amateur Musici; Gymnastiekvereniging Simson.