Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Gepubliceerd op 02-10-2020

Honig, Gerril Jan (Zaandijk 1864-1955)

betekenis & definitie

Zaans historicus.

G.J. Honig, zoon van Jacob →Honig Jansz.

Jr. en Neeltje →Mulder, moet als kind al belangstelling voor de geschiedenis van de Zaanstreek hebben gekregen Hij werd directeur van een boekhandel en drukkerij (P.

→Out nv). daarnaast was hij conservator van de door zijn vader bijeengebrachte oudheidkundige verzameling, die in 1890 eigendom van de gemeente Zaandijk was geworden. Zelf bouwde hij ook een omvangrijke historische boekerij op, die na zijn overlijden merendeels bij Beijer in Utrecht werd geveild; de veilingcatalogus telde 2172 nummers.

Gerrit Jan Honig leverde ettelijke bijdragen in gedrukte vorm aan de kennis der geschiedenis van onze streek. Zijn indrukwekkende ‘genealogisch-historisch-economische studiën’ onder de titel ‘Uit den gulden Bijkorf’ (Koog 1952) zijn het meest bekend, daarnaast verschenen artikelen in de Zaanlandsche Jaarboeken 1932 en 1934 en in maandblad De →Zaende. Veel eerder, in 1894. had hij al het toneelspel 'De →Bloem van Zaandijk' geschreven. Zie ook bij →Histonografie.

Zijn zoon, Jan 1V.A. Honig. (Zaandijk 1899-1967) trad in zijn voetsporen en was eveneens zowel directeur van P. Out nv als conservator van de oudheidkundige familieverzameling (thans de →Oudheidkamer te Zaandijk). Een andere zoon. Jacob Honig, was een verdienstelijk amateur-schilder. die onder de van fantasie getuigende schuilnaam Isaac Bofkonty werkte.

< >