Het stadsmarkeringsproject (1990) werd geïnitieerd door Frank Mohr en voorbereid door de Dienst RO/EZ van de gemeente Groningen ter gelegenheid van het 750-jarige bestaan van de stad. Inzet was het opnieuw markeren van de toegangen van de stad om uitdrukking te geven aan de betekenis van de stad en dat wat haar wezenlijk onderscheidt van het omringende platteland.
De Pools-Amerikaanse architect Daniël Libeskind maakte het masterplan in de vorm van The Books of Groningen, een dik stalen boekwerk met een complex ‘plan’ vol ‘plattegrondstrips’ en formules als vingerwijzing en bron van inspiratie voor de deelnemers aan het project. Deze deelnemers, vertegenwoordigers van verschillende disciplines, zijn: de filosofen Akira Asada en Paul Virilio, de architecten Gunnar Daan, John Hejduk en Daniël Libeskind, choreograaf William Forsythe, de beeldend kunstenaars Leonhard Lapin en Thom Puckey, toneelschrijver Heiner Müller en kunsthistoricus Kurt W. Forster. Het project Stadsmarkeringen resulteerde in acht monumentale objecten langs de toegangswegen en één zo’n werk in het hart (Martinikerkhof) van de stad Groningen.
