(Rheine, Westfalen 1919)
Dialectoloog, na de dood van K. Heeroma de tweede hoogleraar Nedersaksisch aan de RUG (1974-1982). Verhuisde enkele jaren na zijn geboorte naar Vroomshoop, vlakbij Vriezenveen, op het dialect van welk dorp hij in 1968 in Münster promoveerde. Daar was hij na enkele leraarschappen medewerker (1960-1964) en sindsdien aan de RUG. Had, mede door het werk van Simon van Wattum met wie hij bevriend was, grote belangstelling voor de Groninger literatuur. Richtte met Van Wattum Twijspaalk en Weerwoord op en droeg ook al aan 't Swieniegeltje bij. Schreef onder meer een uitgebreid overzicht van de geschiedenis van de Groninger literaire tijdschriften en letterkunde.