Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Cuypers, petrus josephus hubertus (pierre)

betekenis & definitie

(Roermond 1827-1921)

Architect. Hij volgde een opleiding aan de klassiek georiënteerde Kunstacademie van Antwerpen. Onder invloed van de Franse restauratiearchitect en theoreticus Eugène Viollet-le-Duc en van de Nederlandse publicist Jos. Alberdingk Thijm ontwikkelde hij zich tot de hoofdfiguur van de neogotiek in Nederland. Sinds 1865 werkte hij vanuit Amsterdam. Hij liet een zeer omvangrijk oeuvre na, waarin katholieke kerkgebouwen domineren.

In de provincie Groningen bouwde hij vier kerken (zie rooms-katholieke kerkbouw). Tevens werkte hij aan belangrijke profane projecten (Rijksmuseum en Centraal Station in Amsterdam). Cuypers’ ontwerpen betroffen ook de inrichting en de decoratie van zijn gebouwen. In 1894 droeg hij de leiding van zijn bureau over aan zijn zoon Joseph Cuypers, maar hij bleef nog tot 1914 vanuit Roermond actief als architect.

Sinds de oprichting in 1874 was Cuypers lid van het College van Rijksadviseurs voor de Monumenten van Geschiedenis en Kunst. Hij was invloedrijk in het nationale restauratiewezen als adviseur en uitvoerend architect. De ingrijpende restauratie van de middeleeuwse kerk van Stedum (1877-1878) is een toonbeeld van Cuypers’ opvattingen (in 1937-1939 deels ongedaan gemaakt). Ook adviseerde hij over de restauraties van de Martinitoren (1884-1890) en de Heerepoort in Groningen, de toren van Onstwedde (1893), de hervormde kerken in Winschoten (1884) en Spijk (1910). Cuypers was tussen 1864 en 1894 wellicht de architect met de grootste actieradius in Nederland. Zijn rol in de katholieke emancipatie was even prominent als zijn invloed in de publieke architectuur en de monumentenzorg.

Uit zijn werk spreekt een grote inventiviteit en een grondige kennis van zowel de oude bouwkunst als de moderne techniek. Door Berlage beschouwd als vernieuwer van de vaderlandse bouwkunst en door anderen bekritiseerd als reactionaire stijlimitator, werd Cuypers onderwerp van zowel heldenverering als van verguizing.

[De Blaauw]

Lit.: A. van der Woud, ‘De St.-Jozefkerk te Groningen’, Bulletin KNOB 75 (1976) 57-81; A. van der Woud, ‘De St.Martinus en de Broerkerk in Groningen', Bulletin KNOB 84 (1985) 195-219; A.J.C. van Leeuwen, De maakbaarheid van het verleden: P.J.H. Cuypers als restauratiearchitect 1850igi8 (Zwolle 1995).

< >