(Wolvega 1692 - Gieten 1756)
Van Bijler was gereformeerd predikant in Scherpenzeel (Fr.) (1719), Niekerk (Wk.) (1722), Oosterhesselen (1735) en Gieten (i739'i756). Hij schreef Helsche boosheyt of grouwelijcke sonde van Sodomie (1731), waarin hij als zijn oordeel gaf dat mensen die tegennatuurlijke ontucht bedreven, de vuurdood moesten sterven. Mede op grond daarvan is het beruchte Faanse proces gehouden door zijn studievriend Rudolf de Mepsche - ze werden op dezelfde dag aan de Groninger academie ingeschreven. Bij dit proces werden in 1731 21 mannen opgehangen en verbrand.
Van Bijler ijverde sterk voor het huis van Oranje.
Lit.: G.H. Ligterink, Tussen Hunze en Lauwers (Groningen 1968) 128-134; W. Vleer, Sterf Sodomieten! (Norg 1972); H. de Raad, De Faanse sodomieprocessen, GHJ 1998,33-65.