Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Gepubliceerd op 05-09-2022

Nächst

betekenis & definitie

1. naast; na; vlakbij; nächst der Tür, vlakbij de deur.

2. volgend, naast; der nächste beste, de eerste de beste; der Nächste, de naaste; wie volgt; der liebe Nächste, de medemens (en); die nächsten Schritte, de eerstvolgende stappen; die nächsten Verwandten, de naaste verwanten; fürs nächste, in de eerste tijd, voorlopig.

< >