beer, beir, baier
bier. Dit was de gewone drank bij plechtige overeenkomsten; groote maaltijden bij bijzondere gelegenheden heetten ook bieren. Vandaar in samenst. in Drente: kindelbier, kinderbier (Taf. II, 68) of kraambier (D. V. 1838), bruiloftsbier, doodbier = leed- of groevebier, Ruinen, R.wold groovenbier, balkenbier (Smilde). Sommige dezer woorden verouderen. In het oogsten wordt op vele plaatsen nog een vaatje bier aangeschaft en dan, meest verdund, gebruikt als bouwbier. Elders zijn nog andere samenst., b.v. op de Veluwe pannebier = Gron. richtelbier.