Mediumtype is een groep van gelijksoortige media die niet identiek zijn, doch grote overeenkomst vertonen in de wijze waarop zij zintuig¬lijk worden waargenomen, zodat deze in beginsel dezelfde commu¬nicatieve uiting kunnen dragen. In de waarnemingspsychologie on-derscheidt men visuele waarneming (oog/zien), auditieve waarne¬ming (oor/horen), tactiele waarneming (huid/voelen), olfactorische waarneming (neus/ruiken) en gustatorische waarneming (mond/ proeven).
Op basis hiervan kunnen media worden ingedeeld in drie hoofdmediumtypen:- visuele media;
- auditieve media en
- audio-visuele media.
Een eventueel reclamegebruik van de andere zintuigen (huid, neus en mond) blijft hier verder buiten beschouwing.
Tot de visuele media behoren de mediumtypen pers, vervoermid¬delen (zowel interieur als exterieur), buitenobjecten , projectie- vlakken, winkelobjecten en rechtstreeks verspreid drukwerk.
NB: Uiteraard kunnen ook andere zichtbare objecten tot drager worden gemaakt, zoals lucifersdoosjes, produktverpakkingen en personenauto’s.
Tot de auditieve media behoren radio en andere geluidsmedia, zoals geluidsomroep-installaties op sportvelden, in winkelcentra, luidsprekers op vervoermiddelen enz. Bovendien behoren hiertoe rechtstreeks verspreide reclame-grammofoonplaatjes, compact¬discs of cassettebanden en apparaten met de mogelijkheid tot het inspreken van telefonische teksten.
Tot de audio-visuele media behoren bioscoop(schermen), televisie, video en andere audio-visuele presentaties, zoals op tentoonstellin¬gen en beurzen.
Om redenen van traditie en praktisch spraakgebruik worden in bovenstaande indeling sommige media tot aparte medium(sub)typen gerekend, hoewel deze in beginsel dezelfde communicatieve uiting kunnen dragen. Meestal is in die gevallen de confrontatiesituatie en/of het mediumbeheer sterk verschillend, bijv. affiche- plakplaatsen en winkelobjecten, televisie en bioscoop, radio en geluidsreclame in winkelcentra enz.