van het Grieksche werkwoord theasthai, aanschouwen; zie het art. Schouwburg.
De vorm, in dat artikel geschetst, was zoodanig, dat de zitplaatsenrijen ruim halfrond liepen. De Romeinen bouwden later hun amphitheaters (atnphi = rond, rondom) waarbij de zitplaatsenrijen liepen geheel rondom de ellipsvormige middenruimte.
Deze ruimte was de arena, het strijdperk, waar de kampvechters, niet zelden op leven en dood, om de overwinning streden en de dierengevechten werden gehouden. Christenen vielen te Rome bij honderden in deze arena den wilden dieren ten prooi.
Beroemd is het door Vespasianus en Titus gebouwde steenen amphitheater, het Colosseum. Onze theaters zijn natuurlijk weer, als de oude der Grieken en Romeinen, voor de tooneelkunst bestemd.
Maar de naam van het Romeinsche amphitheater herleeft toch nog weer in het grootsche, nu in 1929 te bouwen, Rotterdamsche Colosseum-theater, op den Linker-Maasoever.Hier en daar, waar de gelegenheid er zich toe leent, wordt het openlucht-theater — de oudste vorm van theater — weer hersteld, bijv. ten onzent te Valkenburg e.o.
Op den naam „theater” wordt tegenwoordig voorts beslag gelegd door de ordinairste inrichtingen van vermaak op het terrein van cinema en bioscoop in onze groote en provinciesteden.