Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Teisterbant

betekenis & definitie

is in den Karolingischen tijd onzer geschiedenis een gouw, die omvat verschillende streken rondom Maas en Waal, de latere Tieler- en Bommelerwaard en de landen van Vianen, Arkel, Altena en Heusden. In 839 werd deze gouw een graafschap, bestuurd door keizerlijke bewindvoerders, die den titel van graaf voerden.

Van deze graven in Teisterbant worden genoemd Waltger, broer van Dirk I van Holland, zijn zoon Radbod en Hunerik (of Unrich). In de 10e eeuw is het graafschap verbrokkeld en over Brabant, Utrecht en Gelre verdeeld.

Dan komt het geslacht Wassenberg, dat ook in Kleef regeerde, in ’t bezit van den titel, ’t Is bekend, dat Bilderdijk zich afstammeling noemde van de graven van Teisterbant en Kleef (historisch is deze naam dus onjuist). Hij grondde die aanspraken op de afkomst van zijn moeder, die stamde uit het geslacht Pelgrom de Bie, dat in zijn opklimming aan de Teisterbants verwant heette.

Met een door hem ontworpen stamboom (welks juistheid tegenwoordig wordt ontkend) trachtte hij de rechtmatigheid van zijn adeldom te bewijzen. Een van zijn zoons gaf hij den naam Elius, naar den graaf Elius van Grail uit het Grieksche keizerrijk, die de erfdochter der Teisterbants, Beatrix (de Heila-figuur uit de gelijknamige romance), zou gehuwd hebben.

Verschillende van Bilderdijks romances (Elius, Het Wiel van Heusden) staan in dienst van zijn Teisterbant-afstamming, die door later historisch onderzoek als vermeend is afgewezen.

< >