Dit komt alleen voor in het opschrift boven Psalm 7. In Hab. 3 : 1 vinden we dl sjigjonöth, waarvan het laatste woord de meervoudsvorm kan zijn van sjiggajon.
Maar dan staat dit dl= „op de wijze van” ons geheel in den weg. Immers sjiggajon kan in het opschrift van Psalm 7 wel niets anders zijn dan de aanduiding van een dichtsoort.
Welke dichtsoort, is niet duidelijk. De oude vertalingen wisten het al niet meer.
De Grieksche biedt hier zonder meer „psalm”. Anderen hebben sjiggajon in verband gebracht met sj'êgi'a = onkunde.
Nieuweren willen er de beteekenis aan hechten van dithyrambe, lierzang, vurig lied; maar vergeten daarvoor voldoenden grond bij te brengen, in Hab. 3 : 1 zal wel met verandering van één letter moeten gelezen worden dlnéginöth = met snaarinstrumenten.
