is de onjuiste uitspraak van den naam Gods, die in het Hebreeuwsch eigenlijk klinkt als Jahweh of Jahveh. Deze onjuiste uitspraak is het gevolg van een misverstand der Joden, die uit het 3e gebod afleidden dat ze dezen naam nimmer mochten gebruiken.
Vanaf ongeveer 300 voor Chr. waren ze dan ook gewoon overal waar in het Oude Testament de naam Jahweh voorkomt in de plaats daarvan te lezen den Godsnaam Adonai, en als gevolg van deze gewoonte werden in den Hebreeuwschen tekst bij de medeklinkers JHWH geplaatst de klinkerteekens van Adonai, waardoor men later kwam tot de uitspraak Jehovah.