1825—1906, roman- en tooneelschrijver en dichter. Als dichter is hij bekend door zijn cantate bij de onthulling van Thorbecke’s standbeeld, ’t Meest beteekent hij door zijn romans.
De eerste dag eens nieuwen tevens was zijn eersteling, die reeds het karakter vertoont van zijn latere romans: een enthousiast inleven in den historischen tijd, een taal vrij van als archaïsmen bedoelde germanismen, spannende tooneelen, echte romantiek. Bij voorkeur leeft hij in de Engelsche geschiedenis der 17e eeuw; stadhouder Willem III is de held, dien hij bizonder vereert en met groote bewondering teekent.
Als zijn beste werk geldt De kapitein van de Lijfgarde, dan volgen Mary Hollis en Sinjeur Semeyns. Van zijn tooneelwerk zijn evenals van zijn romans die stukken het beste, die het verleden uitbeelden: Joan Wouters, Het kind van Staat, Struensee.
