I. Agenor graaf de Gasparin, geboren 1810 te Oranges, met F.
Monod stichter van de Union des églises évangeliques de France, 1848. Gestorven 1871 in Genève, waar hij in den laatsten tijd zijns levens verblijf hield.
Met grooten ijver heeft hij gestreden tegen de slavernij en voor de godsdienstige vrijheid van zijn Protestantsche geloofsgenooten. Hij eischte voor deze het recht van Evangelisatie en Bijbelcolportage op.
Van hem zijn onderscheiden geschriften. Christtanisme et Paganisme, 1846.
Innocentius III, 4e druk, 1875. Lat her et la Reformation da 16me siècle, 1873.
La conscience, 5e druk, 1877. La familie, 3e druk, 1865.
La liberté rnorale 1868 e. a. Van zijn waarheidsliefde legt een schoon getuigenis af zijn boek: La France nos fautes, nos périls, notre avenir, 1872.II. Valeri Gasparin geboren Boissier (1813—1894), echtgenoote van bovengenoemde, uit een geslacht der Refugé’s geboren te Genève. Zij huwde in 1837 met de Gasparin. Zij interesseerde zich voor godsdienstige en politieke vraagstukken. Ze was streng orthodox in haar opvattingen. Voor den destijds in Frankrijk opkomenden diaconessen-arbeid gevoelde zij niet veel.
Zij bestreed ook het leger des heils, liet vele geschriften na. Le mariage au po int de vue chrétienne, 3 dln., 1842. Quelques défaats de chrétiens aujoardhui, 1845. Les tristesses humaines, 1863. Les corporattons monastiques au sein du protestantisme, 1855 (tegen de diaconessen). Les horizonts prochains, 1858. Les horizont s célestes, 1859.