Een sedert 1918 aan Frankrijk behoorende landstreek tusschen Vogezen en Rijn, van de Zwitsersche grens tot aan de Lauter. De Oostelijke helft der Vogezen behoort ook bij den Elzas.
De oppervlakte bedraagt 8300 vierkante kilometer en het aantal inwoners ongeveer 1½ millioen; ⅕ der bevolking is Protestant, de rest Catholiek. De Elzas wordt verdeeld in 2 departementen: Bas-Rhin (Beneden-Elzas), het Noordelijke en Haut-Rhin (Boven-Elzas), het Zuidelijke stuk.
Het eerste is het vruchtbaarst; het laatste heeft de meeste industrie. Er wordt veel meer Duitsch gesproken dan Fransch.
Na de Rijn, die de Oostelijke grens vormt, is de belangrijkste rivier de Ill, die in het Zuiden bij de Zwitsersche grens ontspringt, in Noordelijke richting door de Bovenrijnsche vlakte vloeit en ten Noorden van Straatsburg in de Rijn valt. Aan of bij de Ill liggen de grootste steden, zooals Mülhausen, Colmar, Schlettstadt, Straatsburg.
Aan de Rijn liggen geen steden; slechts hier en daar treft men er een dorp aan. Oorzaak hiervan is de afwijking van de Rijn naar rechts, ten gevolge waarvan de linkeroever moerassig en vol doode riviertakken is.
Van de Vogezen, die vrij steil naar de laagvlakte afdalen en met talrijke puinhoopen van kasteelen bedekt zijn, komen nog verscheiden riviertjes, die alle een snellen stroom hebben en veelal in het gebergte schoone dalen doorloopen: zoo b.v. de Zorn in het Noorden en de Fecht in het Zuiden. Het Zuidelijke deel van den Elzas heet Sundgau.
Deze vlakte staat door de zoogenoemde Bourgondische poort, een opening tusschen Vogezen en Jura, in verbinding met de Saöne-vlakte.
Hier is dan ook het Rhone-Rijnkanaal gegraven, dat de Doubs met Straatsburg verbindt en van Mülhausen een zijtak naar Bazel zendt.
Een andere belangrijke waterweg is het Marne-Rijnkanaal, dat ook bij Straatsburg eindigt en bij Zabern (Saverne) in een tunnel door de Vogezen gaat. De Wintersberg in het Noorden is 581, de Donon in het midden 1008 en de Sulzer Belchen (Ballon de Sulz) 1423 meter hoog.
Bij Barr ligt de 817 meter hooge steile Odiliënberg, op welks top de meer dan 1 uur lange, van 1 tot 3 meter hooge en van 1 tot 2 meter dikke, uit regelmatig behouwen stukken zandsteen opgetrokken, zeer oude Heidenmuur zich bevindt; op welks helling de beroemde Odiliënbron uit de rots te voorschijn komt en in welks omgeving veel wijnbouw is. Het klimaat van den Elzas is aangenaam en gezond; de zomers zijn er warm, de winters zacht.
De meeste regen valt in de lente en in den zomer, doch minder dan in ons land. In de bergstreken is de neerslag echter aanzienlijk grooter; ook is het weder daar kouder en onbestendiger.
Het gebergte bestaat uit oudere gesteenten; de bodem der vlakte bestaat grootendeels uit los (Lösz), een diluviale zeer vruchtbare kleisoort, over wier ontstaan de geologen het nog niet eens zijn. Landbouwproducten zijn tarwe, rogge, haver, gerst, aardappelen, tabak, druiven, ooft.
Veeteelt, kippen- en ganzenteelt worden vooral in het Noorden uitgeoefend. De bodem levert kalizouten, petroleum, asfalt en ijzer; weinig of geen steenkolen.
De beide grootste steden zijn Straatsburg met een beroemden dom, en Mülhausen met katoen-, wol- en zijdefabrieken. Van 870 tot 1648 behoorde de Elzas aan Duitschland, van 1648 tot 1871 aan Frankrijk en van 1871 tot 1918 weer aan Duitschland.