Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Dertigjarige oorlog

betekenis & definitie

In het jaar 1609 had keizer Rudolf het bestaan en de vrijheid van het Protestantisme in Bohemen gewaarborgd door den z.g.n. Majesteitsbrief.

Bohemen was tijdens Rudolf voor 9/10 Protestantsch. Matthias (1612—1619) verbrak de gedane belofte, daar hij bevel gaf, den bouw eener Protestantsche kerk te staken.

De Bohemers, hierover verontwaardigd, riepen den keizer tot verantwoording en wierpen twee keizerlijke raadslieden uit het venster. Zij verkozen nu Frederik V van den Pfalz tot koning (1619) en verjaagden de Jezuïeten.

Hiermede begon de dertigjarige oorlog. Ferdinand II verscheurde den majesteitsbrief, overwon in den strijd de Protestanten met zijn beroemde veldheeren Tilly en Wallenstein en verjoeg alle protestantsche predikers.

De paus stookte het twistvuur aan en het Protestantisme werd met geheelen ondergang bedreigd. De keizer verklaarde liever over een woestijn dan over een protestantsch land te willen regeeren.

Toen kwam Christiaan IV van Denemarken zijn geloofsgenooten te hulp, maar hij werd door Tilly en Wallenstein geslagen. Nu vaardigde de keizer het Restitutie-edict uit (1620), waarbij van de Protestanten geëischt werd teruggave van alle sinds het verdrag van Passau verkregen goederen en waarbij aan de Catholieke standen vrijheid verleend werd om het Protestantisme uit te roeien.

Het scheen, alsof het Protestantisme geheel zou ondergaan, maar toen kwam Zwedens dappere koning Gustaaf Adolf „de redder van het Protestantisme” tusschenbeide.

Met een leger van 15000 man landde hij op de Deenschekust.

De Duitsche vorsten sloten zich bij hem aan en bij Breitenfeld (1631) werden de Catholieken verslagen. Met onbeschrijfelijke vreugde werd deze tijding door de Protestanten ontvangen.

In het volgende jaar (1642) sneuvelde in den slag bij Lützen de heldhaftige koning Gustaaf, maar de Protestanten behielden de overhand. Een gevolg daarvan was de Westfaalsche vrede (1648).

Lutherschen en Gereformeerden verkregen vrijheid van godsdienst. De Contra-Reformatie was mislukt.

< >