Geboren 16 Juli 1805 te Stuttgart. Van 1830-1837 leeraar aan het Bazelsche Zendingshuis, van 1837-1838 vicarius te Iptingen, waar hij de aanhangers van Rapp weder in de kerk terugbracht.
In 1838 predikant te Möttlingen. Hier genas hij in 1844 een meisje, dat van den duivel bezeten was, op het gebed.
Daardoor ontstond in Möttlingen een geestelijke opwekking. Velen, die leden aan lichaams- of zielsziekten kwamen uit alle oorden naar Blumhardt.
De overheid verzette zich tegen deze wonderlijke genezingen. Blumhardt zeide, dat zelfs kranken, die ver van hem verwijderd waren, op zijn gebed genezing vonden.
In 1852 legde hij het predikambt neer en kocht het bad Boll bij Göppingen. Daar opende hij een asyl voor kranken en aangevochtenen.
Velen vonden er waarlijk genezing. Door liefderijke toespraken, door vaderlijke raadgevingen, bovenal door hartelijke gebeden wist Blumhardt sterk in te werken op zijn patiënten.
Blumhardt verlangde naar een nieuwe uitstorting des Heiligen Geestes en naar nieuwe mededeeling van de gaven der gezondmaking. Blumhardt heeft veel waarde gehecht aan het gebed, maar hij heeft het gebruik der middelen nooit veracht of zelf geminacht.Hij was een uiterst beminnelijk man, die in alles toonde, dat wijsheid en barmhartigheid twee Engelen waren, die hem geleidden op zijn weg. Hij was een echte zieleherder, een man, die zeer uitnemende gaven bezat, om zielen te leiden en die door ervaring gerijpt was, om als een vader op te treden. Als prediker was hij vooral volksman. Men hoorde gaarne naar hem. En hij is ook schrijver geweest, want tal van geschriften, vooral predicaties, hebben van zijn hand het licht gezien. Hij gaf ook een weekblad uit 1873-1877, dat daarom van groote beteekenis is, omdat hij er zijn ervaringen in mededeelt, welke hij opdeed bij zijn patiënten en ook omdat hij daarin een correspondentie gevoerd heeft met velen, die raad voor hun zieleleven behoefden.
Hij stierf in 1880. Van zijn zonen staat Christoffel aan het hoofd van een inrichting, welke zijn vader in het leven riep en een tweede zoon Theofilus is predikant in het dorp Boll. De twee broeders werken samen aan een heerlijk doel: genezing van kranke zielen.