Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Bijbelverklaringen

betekenis & definitie

Wanneer van Gereformeerde zijde is beleden de duidelijkheid der Heilige Schrift, is dat altijd zóó verstaan, dat de Schrift wel duidelijk aan ieder den weg der zaligheid leert, niet zóó, dat in den Bijbel niet veel zou wezen, dat dringend verklaring behoeft. Dit springt zoo zeer aan een ieder, die de Schrift onderzoekt, in het oog, dat al heel vroeg Bijbelverklaringen werden gevraagd en gegeven.

Reeds in de Schrift zelf treffen we iets van dien aard aan, als Kronieken de in Koningen beschreven geschiedenis uit een bepaald oogpunt beziet. De profeten verklaren veel uit Israëls geschiedenis.

Het Nieuwe Testament is als het ware één doorloopende verklaring van het Oude Testament en de brieven geven weer toelichting bij de feiten der evangeliën. De Joden hadden al spoedig verklaringen van verschillende boeken des Ouden Testaments.

Men heeft Targumim, die een Arameesche vertaling van den tekst geven en Midraschim, die meer (commentaren zijn, doch dan zóó, dat ze vooral allerlei verhalen enz. aanvoeren tot toelichting en uitbreiding van den tekst. In de Christelijke kerk begon de Schriftuitlegging bij de ketters.

Basilides en de Valentiniaan Heracleon waren de eerste exegeten van het Nieuwe Testament. Weldra volgen Clemens Alexandrinus en de groote Origenes, en na hen een onafgebroken rij van groote en minder groote uitleggers, van wie we hier uit de Grieksche kerk nog Chrysostomus en uit de Latijnsche Hieronymus noemen.

Ook in de Middeleeuwen wordt ondanks veel spitsvondigheid nog veel goeds geleverd en met eere mag Thomas van Aquino worden vermeld. Een nieuwe periode breekt aan met de hervorming.

De Scholastieke methode wordt verlaten en met ernst wordt de eigenlijke zin van de Schriftwoorden gezocht.

De meeste reformatoren waren exegeten van beteekenis.

Naast Luther en Calvijn moeten ook in het bijzonder Aretius en Zanchius worden genoemd. Tot nu toe bestaat er feitelijk geen bepaald onderscheid tusschen wetenschappelijke verklaringen en zulke, die voor het volk waren bestemd dan alleen in zooverre, als de geleerden hun eigenlijke doorloopende verklaringen schreven in het Latijn en dus van zelf voor de mannen der wetenschap — al bedenke men, dat vroeger de kennis van het Latijn meer verbreid was dan thans — en daarnaast verschenen, wat men kan noemen, series preeken over geheele boeken in de volkstaal.

In den loop der tijden is dat anders geworden. De scheiding wordt grooter en grooter en in onze dagen noemt men kommentaren de wetenschappelijke verklaringen op den grondtekst, Bijbelverklaringen de uitlegging der vertaling in de landstaal, bestemd voor het volk.

Bepalen we ons tot ons eigen vaderland, dan werden bij de weer oplevende belangstelling voor theologisch onderzoek in de 19e eeuw vooral door ons volk gebruikt de uit het Engelsch vertaalde Gereformeerde Bijbelverklaringen van Patrick, Polus en Wells en die van Henry en Stackhouse, dan de uit het Duitsch vertaalde Luthersche van Lilienthal en later ook de eveneens uit het Duitsch vertaalde van Daechsel. Van de Nederlandsche werken vonden vooral ingang die van Van Nuys Klinkenberg en Van der Palm, geen van beide Gereformeerd te noemen.

In de laatste jaren zijn van Gereformeerde zijde op tal van afzonderlijke Bijbelboeken goede verklaringen geschreven; niet het minst zijn terecht geliefd de boeken van Ds J. van Andel. Door Ds J.

C. Sikkel werd een volledige Bijbelverklaring opgezet, waarvan echter alleen Genesis verscheen.

Uit den allerlaatsten tijd kwam van niet-Gereformeerde zijde de serie Tekst en Uitleg onder redactie van Prof. van Velhuizen.

Van Gereformeerde zijde wordt sinds 1922 uitgegeven: Korte Verklaring der Heilige Schrift met nieuwe vertaling.

Van Henry verscheen een nieuwe overzetting. Beknopte Bijbelverklaringen geven de z.g.n.

Bijbels met kantteekeningen. Bovenaan staat hier nog steeds de Statenbijbel.

Ook in latere tijden zijn er vele verschenen, hetzij over den geheelen bijbel, hetzij alleen over Oud of Nieuw Testament. Zoo van Beausobre en Lenfant, Vinke, de Synodale vertaling van het Nieuwe Testament, de z.g.n.

Leidsche vertaling, het Nieuwe Testament van Bakels en verschillende andere.

< >