was een Gereformeerde theoloog van Calvinistische richting. Hij was eerst professor in de filosofie te Marburg; in 1549 werd hij aan het Gymnasium te Bern benoemd.
Deze benoeming nam hij aan. In 1563 werd hij professor in de theologie te Bern en bleef dat tot zijn dood 1574.
Hij was een zeer gezien theoloog. Zijn hoofdwerk was Theologia problematia, 1574.
Dit werk heeft tal van navolgers gevonden. Hij schreef nog andere minder belangrijke boeken op godgeleerd terrein.Aretius beoefende ook de botaniek. Hij was een vriend van Conrad Gesner, die een plant naar hem noemde „Aretia”. Hij had een bijzondere begeerte tot natuurbeschouwingen. Hij gaf te Straatsburg uit 1561 Description de Niezen et da Stockhom, een boek, waarin hij de beide bergen uit het Berner-Oberland „de Niezen” en „de Stockhom” beschreef. Aretius was in elk opzicht volgeling van Calvijn. Diens leer van de absolute souvereiniteit Gods vond in hem een beslist verdediger.