Dit is een belachelijke en zeldzaame verbastering van ’t oude spreekwoord, Van aver tot aver, dat is van voorouders tot voorouders. Ziet het Vervolg der Fakkel in Aver.
De onkunde van die niet wisten wat aver was, heeft dat naar den Zeeuwschen spreektrant misvormt in haver, en voor dat andere onbekende aver ten medegezel gort bygevoegt. Men maakt doch van haver gort. Zo krygt men een koddig taalmonster, gelijk in Koetertje koet, uit het Fransche, Coute qu’il coute; ’t koste wat het kost. Op een diergelijke wijze is Koeter Waal van Kouter Waal. om het kromtongig kouten. Dus zyn’er meer andere deerlijk geradebraakte spreekwoorden, die noch van sprekers, noch van hoorders verstaan worden, en echter in dagelijks gebruik zyn. Maar daar men zo geslachten oprekent van haver tot gort, zal ’t ook geschieden van Zwaard en Spilzyde, dat is, van de mannelijke en vrouwelijke kant, die zwaard of spil handelen.