Johanna Cornelia Hermanna (‘Nelly’); geb. Amsterdam 27 mei 1874, overl.
Amsterdam 7 januari 1951. Woonde en werkte in deze stad. Leerlinge van de Rijksakademie te Amsterdam (1893-1895) en van J. P. Veth (1895-96). Tekende en lithografeerde; ook kunstnijveraarster (borduren).
Bekend door haar prentenboeken, tekende ook natuurlijke-historieprenten. Behoorde tot de zgn. ‘Amsterdamse Joffers’. Lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. DEN HAAG -Het Nederlands Postmuseum: ontw. gekl. tekening. Rijkscollectie: 6 aquarellen en een pastel (de pruik van Cassandra).
Tentoonstellingen Stedelijk Museum Amsterdam (cat. no 68, okt. 1949) en Singer Museum Laren (cat. 12/12/1976-30/1/1977).
Elsevier XL, 191 o (Aty Bmut, bldz. 217-230), L, 1913 (Kroniek), LXXIII, 1927 (Kroniek), XCVI, 1938 (J. Slagter, bldz. 330 e.v.); Maandblad v. Beeldende Kunsten 1936 (Comelis Veth, bldz. 177-186).
C. Veth: ‘Nelly Bodenheim, illustratrice’, Rotterdam-Antwerpen 1946;J. H. van Eikeren: ‘De Amsterdamse Joffers’, bldz. 13-16, Bussum 1947; A. Venema: ‘De Amsterdamse Joffers’, bldz. 63-78, Baant 1977.
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Thieme-Becker; Van Hall I, II en port.; Waller.