(L., deficio = te kort schieten).
1. Gebreksziekte, ontstaat doordat in het voedsel essentiële stoffen, bv. vitaminen ontbreken. Bij planten kunnen deficiënties optreden als bepaalde spoorelementen (mangaan, koper, ijzer, zink) in te lage concentraties in de bodem aanwezig zijn, ➝ chlorose.
2. Het verloren gaan van een segment (aan een uiteinde) van een chromosoom met de daarin gelegen genetische informatie.