Bijbelse eponiemen

Dr. Apeldoorn en Dr. Beijer (1997)

Gepubliceerd op 26-08-2020

Norbertijn

betekenis & definitie

Lid van een kloosterorde, in 1120 te Prémontré gesticht door de Nederlandse kloosterling Norbertus van Xanten. Ze worden ook premonstratenzers, of naar hun witte kleed witheren of witte kanunniken genoemd.

De leden van de tweede of vrouwelijke orde heetten norbertinessen; tevens is het de naam van de leden van een zustercongregatie, die in het begin van de 19de eeuw door de norbertijner pastoor Van den Hove te Duffel, een gemeente in de Belgische provincie Antwerpen, gesticht werd.De heilige Norbertus (1080-1124), een telg uit het adellijk geslacht Van Gennep, verbleef, hoewel hij koorheer van Xanten was, tot 1115 aan het hof van keizer Hendrik V. Nadat hij enige tijd in een benedictijner klooster en bij de kluizenaar Liudolf te Fürstenberg vertoefd had, was hij sedert 1118 reizend boetprediker. Twee a drie jaar later stichtte hij te Prémontré, nabij Laon, een orde van reguliere kanunniken, die naar de regel van Augustinus leefden en naar hun stichter norbertijnen heetten.

In 1126 werd hij aartsbisschop van Maagdenburg. Als ordestichter en als bisschop heeft Norbertus veel bijgedragen tot de hervorming van de Kerk in de 12de eeuw.

< >