St.Vert. heeft „woeker”, waar wij tegenwoordig meestal door „rente” vertalen. Het Hebr. woord kan zowel „rente” als „woeker” betekenen. „Schuldeiser” kan ook „woekeraar” zijn.
Ex. 22 : 25 wordt het vragen van rente aan de volksgenoot verboden, vgl. Lev. 25 : 36, 37; Deut. 23 : 19, 20; 2 Kon. 4 : 1; Ps. 15 : 5; 109 : 11; Spr. 28 : 8; Ez. 18 : 8, 13, 17; 22 : 12; Neh. 5. De hulpbehoevende wordt door Jahwe beschermd. In de wet van Chammoerabi wordt het nemen van rente, dat geoorloofd is, nader geregeld. Een rente van 5,5—25% bij geldlening, en van 33% en later zelfs van 100% bij veldvruchten was in Babylonië niet ongewoon. Oudtijds droeg het lenen van geld het karakter van liefdadigheid. Het nemen van rente was een misbruik maken van des naasten nood. Van een buitenlander (nokri, zie Vreemdeling), die in Israël kwam, mocht wel rente geëist worden, want dan gold het een handelstransactie. Vandaar een bepaling als Deut. 23 : 20, vgl. Deut. 15 : 3.
