stad van de vierstedenbond waartoe ook Gibeon behoorde, Joz. 9 : 17, blijkbaar aan de grens van het gebied van Benjamin, 2 Sam. 4 : 3. In de lijst, waarin de woonplaatsen der nakomelingen van de hogepriester Tobias opgesomd worden, noemt de Samaritaanse Kroniek ook Beirotha, dat in de Arabische vert.
El-Bire wordt genoemd. Meestal wordt B. gewezen in El-Bire, een dorp O. van de weg naar Sichem. Er is een goede bronwel en men vindt er de sporen van een oude karavanserai. B. diende reeds in oude tijden als pleisterplaats voor de Galilese pelgrims op hun terugtocht van Jeruzalem naar huis. Niet alleen het water nodigde daartoe uit, maar ook de ligging: het was de N.lijkste stad van Benjamin, 2 Sam. 4 : 3, grenzend aan het gebied der Samaritanen. Wanneer de pelgrims hier de eerste nacht, nadat ze ’s middags Jeruzalem hadden verlaten, overnachtten (gelijk vele pelgrinns nog heden doen) dan konden ze de volgende dag dwars door het gebied der Samaritanen trekken, zonder gebruik te maken van de gastvrijheid der gehate bevolking en nog dezelfde avond Galilea bereiken. Het is dan ook hier, dat volgens de traditie Jozef en Maria ontdekten, dat Jezus zich niet bij de karavaan bevond, waarmee ze naar huis terugkeerden. Luc. 2 : 43 (H. Th. Obbink, Op Bijbelschen Bodem, blz. 215, 216). Dalman nam het veronderstellenderwijze op voor Chirbet bir el-bijar, terwijl Guthe het gelijkstelde met Chirbet el-lattatin.
