Wat is de betekenis van zoutevis?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zoutevis

v., gezouten kabeljauw, labberdaan.

2025-07-28
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

zoutevis

(de), 1. sterk gezouten, gedroogde en weer opgeweekte kabeljauw (Gadus morhua), schelvis (Melanogrammus aeglofinis) of heek (Merluccius merluccius); syn. van bakeljauw. Op het bordje lagen twee sneetjes brood, zoo dun dat het eerste zuchtje in de lucht ze kon opnemen en wegvoeren; daarbij een stuk rauwe bakkeljauw (zoutevisch); het kommetje bevatte...

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zoutevis

v. (labberdaan, gezouten kabeljauw).

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zoutevis

('zoutәvis) m. gezouten kabeljauw, (l)abberdaan.