zijn pijp is uit
(19e eeuw) (Vlaanderen, euf. of sch.) hij is dood. Variant: 'hij heeft zijn pijp uitgeklopt'; 'Hij is zijn laatste pijp aan het roken': hij is stervende. Ook gezegd van iemand die aan het eind van zijn krachten is. De laatste betekenis vinden we vooral terug in het wielermilieu. • Hij zal gaan sterven: heeft zijnen lepel ingegeven, zijn pijp...