Wijding
v. (-en), 1. het wijden; inwijding, kerkwijding ; 2. (R.-K.) handeling waardoor het priesterschap verleend wordt; geestelijke graad (ordo) door de Kerk verleend om een godsdienstige functie te kunnen en mogen uitoefenen : men onderscheidt hogere en lagere wijdingen; 3. het gewijd-zijn, het vervuld-zijn van heiligheid : de wijding...