Verschil
o. (-len), 1. onderscheid, het uiteenlopen, ongelijk-zijn in enig opzicht, resp. elk dier opzichten : een klein, onmerkbaar, groot verschil; verschil in karakter, in smaak, in leeftijd; de verschillen tussen plant en dier; wat is het verschil tussen zelfbestuur en autonomie? — dat maakt geen, een groot verschil, dat verandert de...